Inspectiecampagne bij oppervlaktebehandelende bedrijven
In het najaar plant de arbeidsinspectie (Toezicht op het Welzijn op het Werk) een nationale inspectiecampagne bij bedrijven in de metaalsector die oppervlaktebehandeling van metalen als activiteit uitvoeren.
Wie wordt geïnspecteerd?
De inspectie zal een 100-tal ondernemingen bezoeken die oppervlaktebehandeling van metalen uitvoeren. Het merendeel van deze ondernemingen valt onder de NACE-code 25610 (De activiteit van een onderneming wordt weergegeven aan de hand van een NACE(BEL)-code. NACE is een officiële Europese lijst van activiteitsomschrijvingen en wordt door de RSZ gebruikt om bedrijven in te delen in sectoren); en hebben oppervlaktebehandeling als hoofdactiviteit. Ook bedrijven die een deel van hun productie hebben gericht op oppervlaktebehandeling zullen bezocht worden. De focus ligt op bedrijven met mogelijk gebruik van hexavalente chroomverbindingen, die kankerverwekkend zijn.
Waarom een inspectie?
Bij de oppervlaktebehandeling van metalen wordt veel gebruik gemaakt van gevaarlijke stoffen en mengsels die aanleiding kunnen geven tot arbeidsongevallen en beroepsziekten. Zo zijn beitsvloeistoffen vaak sterke zuren zoals zwavel- of salpeterzuur, of basische oplossingen zoals natronloog. Ook worden er in de galvanische industrie toxische en kankerverwekkende producten (zoals hexavalente chroomverbindingen) gebruikt. Bij het reinigen en verfspuiten van metaaloppervlakken kunnen producten met vluchtige organische solventen (zoals tolueen en xyleen) gebruikt worden. Metaalstof en poedercoatings moeten onder bepaalde omstandigheden ook worden gezien als gevaarlijke chemische agentia.
De inspectie wil dat ondernemingen op een gezonde en veilige manier werken met gevaarlijke stoffen en mengsels conform de regelgeving.
Voor een aantal stoffen die binnen de sector worden gebruikt, waaronder hexavalente chroomverbindingen, zal ten gevolge van de REACH-verordening (Registratie, Evaluatie, Autorisatie van Chemische Stoffen. REACH verplicht ondernemingen die chemische stoffen produceren, importeren en gebruiken voor het verzamelen van informatie over eigenschappen van een stof. Ook moeten de aan het gebruik verbonden risico’s worden beoordeeld. Tevens moeten de nodige maatregelen worden genomen om de eventueel door de ondernemingen geconstateerde risico’s te beheersen) het gebruik in de toekomst verboden zijn, tenzij een autorisatie of vergunning van het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen te Helsinki (ECHA) werd verkregen. De Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk wil nagaan in hoeverre ondernemingen die gebruik maken van deze stoffen op de hoogte zijn van deze Europese verplichtingen en al de nodige maatregelen hebben getroffen, zoals het overschakelen op minder gevaarlijke methoden of producten.
Hoe verloopt een inspectie?
Tijdens een inspectie zal de inspecteur aan de hand van een vooraf opgestelde controlelijst een aantal zaken verifiëren binnen de onderneming. Onder meer de volgende elementen komen hierbij aan bod:
- aanwezigheid risicobeoordeling voor het gebruik van gevaarlijke stoffen en mengsels op de werkvloer;
- aanwezigheid en gebruik van (uitgebreide)Veiligheidsinformatiebladen (Een Veiligheidsinformatieblad is een belangrijke bron van informatie voor de werkgever voor de beoordeling van de risico’s en bevat informatie over de gevaren van een gevaarlijke stof of mengsel en aanbevelingen voor het veilig gebruik ervan op het werk);
- genomen collectieve en individuele beschermingsmaatregelen;
- gezondheidstoezicht.
Indien bepaalde tekortkomingen worden vastgesteld, zullen de inspecteurs de gepaste actie ondernemen. Dit kan gaan van het geven van mondeling of schriftelijke advies, waarschuwing tot en met het stopzetten van de activiteit indien er ernstige tekortkomingen worden vastgesteld.